De coronacrisis heeft geleid tot een ongekende prijsstijging van bouwmaterialen. Sinds begin april 2020 werd een veelvoud aan uiteenlopende argumenten te pas en te onpas gehanteerd: containerprijzen, stijging van grondstof- of energieprijzen, CO2-uitstoot, gebrekkige logistiek, gebrek aan voorraad… Het economisch herstel ging dan ook gepaard met duizelingwekkende prijzen. Speculatie, verliescompensatie of woekerwinsten waren de nieuwe trend in 2020 en deze evolutie heeft zich ook in 2021 doorgezet, maar niet altijd met evenveel succes.
De Faba luidt echter de alarmbel. Vandaag de dag zien particulieren af van bouw- of renovatieprojecten wegens de in hun ogen buitensporige prijsstijgingen of termijnen. Het kan hierbij gaan over kleinschalige projecten, maar een som van kleine delen maakt een groot geheel. Als de sector eind 2022 begint te slabakken, zal dit dan leiden tot ongeziene kortingen? Om die vraag te beantwoorden, moet men nog op zijn of haar hoede zijn voor een eventueel nakende crash. Een redelijke stijging van de prijs van materialen is aanvaardbaar, maar men moet niet met de mensen hun voeten spelen.